Erkenning

Mgr. Louis-Joseph KERKHOFS

Op 13 juli 1934 sprak bisschop Kerkhofs de volgende woorden:

Bidden wij samen tot Onze-Lieve-Vrouw dat zij ons mag helpen en bijstaan, dat zij de oplossing bespoedigt die aan haar wensen voldoet, en – waarom ze verzwijgen! – aan onze wensen.

En een paar jaar later, in zijn pastorale brief van 22 augustus 1949, verklaarde hij:

We willen laten zien dat we echt geloven dat Onze-Lieve-Vrouw in Banneux is verschenen en heeft gesproken. Deze overtuiging brengt verplichtingen voor ons met zich mee. Bij twee gelegenheden, eerst in 1942 en daarna in 1947, erkenden we officieel, met enige terughoudendheid, de realiteit van Banneux’s verschijningen. Vandaag, na nog eens twee jaar van gebed en onderzoek, geloven wij dat we deze werkelijkheid zonder voorbehoud kunnen en moeten erkennen, namelijk de realiteit van de acht verschijningen van de Heilige Maagd Maria tot Mariette Beco, die plaatsvonden op 15,18,19 en 20 januari, 11,15 en 20 februari en 2 maart 1933.


Mgr. Guillaume-Marie VAN ZUYLEN

Mgr. Van Zuylen volgde dezelfde weg als zijn voorganger (maart-april 1973, in het tijdschrift “De Maagd der Armen” van maart-april 1973):

De Boodschap van Banneux, die in 1933 met een voorzichtig geloof werd ontvangen, maar zeer eenvoudig en nederig en met grote vreugde, door mijn eerbiedwaardige voorganger, mgr. Kerkhofs, heeft niets van zijn relevantie verloren, integendeel….
Als opvolger van mgr. Kerkhofs, als bisschop van Luik, wil ik zeggen dat ik de opvattingen van mijn voorganger volledig deel.

Daarnaast bevestigde hij ook (“De Maagd der Armen”, mei-juni 1973):

Het is goed om ons op dit moment de boodschap van Banneux te herinneren. Het bestaat uit een paar woorden, een paar zinnen die u bekend zijn, maar hij is zo evangelisch, dat men zonder overdrijving kan zeggen dat hij deelt in de onuitputtelijke rijkdom van de Blijde Boodschap, gepredikt door Jezus. We zijn nooit klaar zijn met het doorgronden, het bemediteren van deze boodschap. Het is noodzakelijk om dit te doen, om de inhoud ervan op te nemen, opdat wij ernaar leven.


Mgr. Albert HOUSSIAU

Mgr. Houssiau aarzelde niet om de woorden van zijn voorgangers te bevestigen (in het tijdschrift “De Maagd der Armen” van januari-februari 1993):

Deze boodschap blijft relevant. Net als mijn voorgangers erken ik de realiteit van de verschijningen, de evangelische zuiverheid van de boodschap en de geestelijke gezondheid van het pastoraat van Banneux. Ik heb al het apostolische en charitatieve werk van het bisdom onder de moederlijke bescherming van de Maagd der Armen geplaatst.

Hij vulde zijn eerste verklaringen verder aan (in het tijdschrift “De Maagd der Armen” van juli-augustus 1999):

Het erkennen van de genade die ons in deze plaats is gegeven, betekent ook het verwerkelijken ervan bij onszelf en bij de mannen en vrouwen van vandaag, maar bij de komende generaties. De Maagd der Armen vertrouwt ons. Ze betrekt ons in haar werk. Wij engageren er ons dan ook met edelmoedigheid en trouw aan, in antwoord op haar uitnodiging: Geloof in mij. Ik zal in u geloven, net als mgr. Kerkhofs (8 december 1948), mgr. Van Zuylen en hun medewerkers dit gedaan hebben.


Mgr. Aloys JOUSTEN

Ter gelegenheid van de 75ste verjaardag van de verschijningen bevestigde de bisschop van Luik opnieuw de realiteit van de boodschap van Banneux (tijdschrift van “De Maagd der Armen” van januari-februari-maart 2008):

In 1949 erkende mgr. Louis-Joseph Kerkhofs, bisschop van Luik, definitief de realiteit van de verschijningen en de boodschap.
Net als mijn voorgangers wil ik deze erkenning bevestigen: de verschijningen en de boodschap van de Maagd der Armen zijn geloofwaardig. Ik ben vooral getroffen door de evangelische samenklank van tekens en woorden.
De Moeder van Jezus verwijst altijd naar haar Zoon. Hij is de bron van het ware leven, van het leven in volheid. Hij kwam om de Blijde Boodschap, het evangelie naar de armen te brengen.
Hij is de Verlosser van de mensen, van alle mensen, van alle naties…
De hele evangelische boodschap weerklinkt in onze harten en wordt bevestigd wanneer we Maria tot ons horen zeggen: “Ik ben de Maagd der Armen”…
Moge de Maagd der Armen voor ons bidden, zoals zij ons beloofd heeft. En wij, wij bidden met haar vooral voor zieken, voor vrede en gerechtigheid in de wereld, zoals zij ons gevraagd heeft.